Het oog en zicht van de rat

Het oog van de rat heeft hetzelfde basis bouwplan als het oog van de mens. Het belangrijkste verschil is dat bij de rat de ogen sferisch rond zijn waarbij de pupil en lens relatief groot zijn. De rat kan de vorm van de lens niet aanpassen zoals dat bij de mens dat wel kan. Dit geeft dat ratten minder goed kunnen zien. Hoeveel minder goed zal ik hieronder uitleggen.

Het kleine ronde oog van de rat heeft een grote lens in dat oog en een pupil dat in een korte tijd van een halve seconde van 2 mm naar een 0.5 mm kan gaan. Bij weinig licht is de diameter van de pupil bijna zo groot als het oog en bij veel licht klein en daarmee regelt het oog hoeveel licht er door de lens op het netvlies valt.

De lens is nodig om het binnenvallende licht gefocust (samenvalt) op het netvlies te laten vallen waar de lichtgevoelige cellen liggen. Als het licht daar netjes gefocust op valt kan er een scherp beeld door de hersenen worden gevormd. De mens kan de vorm van de lens aanpassen door spiertjes die rond de lens liggen meer of minder aan te spannen. Het lijkt erop dat de rat dit niet kan waardoor het vaak niet scherp ziet. 

 

De plaats van het oog van de rat in het hoofd.


Kleuren zien. De mens heeft drie verschillende kleurgevoelige cellen voor rood, blauw en groen. De rat heeft die voor rood niet en kan daardoor ook rood niet waarnemen. Aan de andere kant van het spectrum kunnen ratten wel ultraviolet zien en mensen weer niet. 

Helderheid kleur. Bij mensen kan ongeveer 5% van de lichtgevoelige cellen kleur waarnemen, terwijl dat bij ratten slechts 1% is. Hierdoor kunnen ratten waarschijnlijk de verschillende kleuren ook niet zo helder zien.

Scherpte beeld. Bij ratten komen meer lichtgevoelige cellen uit bij één optische zenuw. Hierdoor is minder licht nodig om de zenuwcel te prikkelen en daarmee kan er met minder licht toch via het oog worden waargenomen. Daartegenover staat wel dat het minder scherp is wat wordt waargenomen.

Gezichtsscherpte. Doordat bij de rat de lens in het oog niet kan worden aangepast om het beeld scherp op het netvlies te krijgen en omdat meer lichtgevoelige cellen op één zenuw uitkomen is de gezichtsscherpte van ratten ongeveer 20 x slechter dan die van mensen.

Oogbewegingen. De rat kan zijn linker- en rechteroog onafhankelijk van elkaar bewegen en zo kan hij met een oog vooruit kijken, terwijl hij tegelijkertijd met het nadere ook omhoog doet. Waarschijnlijk is deze eigenschap ontstaan omdat ratten zoveel vijanden hebben onder de roofvogels. 

Diepte zien. Om diepte te kunnen zien moet het beeld dat van elk oog komt met elkaar overlappen. De ogen van de rat zitten echter aan de zijkant van het hoofd en hebben daarmee een breed gezichtsveld, maar de overlapping van de beelden is minimaal. De oplossing die de rat heeft om toch enige diepte te zien is om met het hoofd te bewegen en door de parallax.  Parallax is het verschijnsel dat de schijnbare positie van een voorwerp ten opzichte van een ander voorwerp en/of de achtergrond varieert als het vanuit verschillende posities bekeken wordt. Bij bewegen van het hoofd bewegen de objecten dichter bij sneller dan die verder weg. 

 

Al met al kan de rat maar weinig scherp en slecht diepte zien. Tevens is het waarnemen van kleuren ook maar flets. Zijn reuk, gehoor en snorharen compenseren daar kennelijk voldoende voor. De Rat navigeert soepel door zijn omgeving.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.